Iedere dag werken we bij Baas met meer dan zeshonderd collega’s aan de Nederlandse infrastructuur. Toch voelt het als familie. Wiebe en Harke Rienwerf zijn zelfs familie. Vader en zoon zijn sinds deze zomer collega’s bij Baas.
Z’n verhalen thuis moeten indruk hebben gemaakt op de jonge Harke. ‘Pa vertelde altijd dat-ie weer een mooie dag gehad had.’ En inmiddels delen vader Wiebe en zoon Harke dezelfde werkgever: Baas, Infra Noord. Als het even kan, wil Harke zelfs letterlijk in de voetsporen treden van zijn vader, als eerste monteur elektra. Wiebe: ‘Ik verwacht het eerlijk gezegd wel. Dat zie ik wel in ‘m, voorman.’
Wiebe heeft er al een flinke Baas-loopbaan op zitten. ‘Ik ben sinds 2011 in vaste dienst. Daarvoor werkte ik al via een onderaannemer bij Baas. Baas is een heel menselijk bedrijf. Ik ben meermalen uitgevallen. Ik heb een jaar thuis gezeten vanwege mijn nek en ben een periode uitgevallen met mijn knie. Bij Baas doen ze er alles aan om jouw herstel te bevorderen en dan vóel je gewoon dat het een heel sociaal bedrijf is.’
Voor Harke is het een tijdlang zoeken geweest waar hij gelukkig van wordt. ‘Ik ben grondwerker geweest en heb een tijd bij een stratenmaker gewerkt. Maar het beviel niet. Ik wilde wat anders. Monteur worden, waarom weet ik eigenlijk niet zo goed. “Weet jij niks voor mij”, vroeg ik op een dag aan mijn vader. “Dan moet je eens bij Baas gaan kijken”, zei hij.’
Al eerder heeft vader Wiebe het pad geëffend voor zijn zoon. ‘Ik ben thuis altijd heel open over mijn werk geweest. Ik denk dat Harke dat wel heeft opgepikt. Wat voor een mooi vak het is, monteren. Hoe fijn de samenwerking met collega’s is.’ Harke kan het beamen. ‘Ja, hij vertelde thuis vaak dat hij weer een mooie dag had gehad. Of dat het gezellig was geweest. Het leek mij wel leuk, interessant ook. Tuurlijk, je had ook weleens mindere dagen. Dat hoort er ook bij.’ Wiebe: ‘Vooral op dagen dat het regent. Al het water stroomt over je rug. Het werk gaat veel langzamer..’
Die ervaring heeft Harke nog amper: hij begon middenin de zomer. Sinds half september zit hij ook weer een dag in de week in de schoolbanken, voor een opleiding tot laagspanningsmonteur. Ook elektra, net als zijn vader. ‘Zo vader zo zoon hè.’ Inmiddels heeft hij ook van collega’s al het nodige geleerd op het werk. ‘Ik ben een paar keer van ploeg gewisseld, om te kijken hoe andere monteurs het werk doen. Nu zit ik bij een vaste ploeg.
Ook bemoeit Wiebe zich met de ‘opleiding’ van zijn zoon. Harke: ‘Ja, we hebben veel contact. Hij heeft ook altijd tips and tricks. Bijvoorbeeld hoe je een RGB-kabel aansluit.’ En hij krijgt ook andere adviezen, lacht Wiebe. ‘Wij twee zijn nog weleens geneigd om te zeggen wat we denken. En dat kan weleens verkeerd vallen. “Mondje dicht” heb ik tegen Harke gezegd!’
Of de kans er is dat de twee elkaar nog eens tegenkomen op een project? Wiebe: ‘Het zou zomaar kunnen. Het is er nog nooit van gekomen, maar ik hoop het wel. Een dag samenwerken met je zoon, hoe mooi is dat? Dan zie je jezelf terug zoals je in je jonge jaren was.’ In ieder geval zou Harke wel dezelfde richting op willen. ‘Ik wil graag hetzelfde gaan doen als mijn vader. Werken aan de hoofdleiding, dat lijkt me mooi.’ Vader Wiebe knikt. ‘Goed dat hij die stap heeft gezet en heeft gesolliciteerd bij Baas. Ik verwacht wel dat Harke eerste monteur wordt. Een voorman zie ik wel in ‘m.’